menu sluiten

stationsgebouw Tilburg

bekijk

stationsgebouw Tilburg 

De ov-knoop Tilburg kreeg opnieuw vorm met een aantal projecten van cepezed. Een daarvan was de renovatie en modernisering van het spectaculaire stationsgebouw uit 1965. Door de ruimtes en perrons drastisch ‘op te schonen’ komt de karakteristieke architectuur van Koen van der Gaast, met zijn hoekige kap, weer prachtig tot zijn recht. Nieuwe elementen zijn het extra perron, de noordgevel met entree, en de publieke doorgang onder de sporen. cepezed ontwierp ook het nieuwe busstation van Tilburg en twee fietsenstallingen

  • opdrachtgever(s)
  • gemeente tilburg
  • locatie
  • tilburg
  • gebruiker(s)
  • publiek
  • expertise
  • architectuur

rijksmonument  

Het stationsgebouw is tussen 1957 en 1965 ontworpen door spoorwegarchitect Koen van der Gaast. Dat hij het station opvatte als een doorgangsruimte in plaats van een bestemming was indertijd typologisch vernieuwend. De expressieve dakconstructie verbindt in een groot gebaar de stationsfuncties met elkaar en het station met de stad. Van der Gaast voegde geen ornamenten toe, maar speelde met het grafische patroon van de constructie en de esthetische mogelijkheden van het H-profiel. Het dynamische karakter van de kap bepaalt de sfeer en vormt een contrast met de rechthoekige bebouwing eronder.

De veranderingen die in de loop van de tijd in en rond het station zijn uitgevoerd, deden de oorspronkelijke architectuur geen goed. Zo werd natuurlijk metselwerk geel geschilderd en zijn zichtlijnen en doorzichten in het station onderbroken. In het algemeen zijn perrons en binnenruimtes verrommeld. Alleen al doordat cepezed dit aanpakt, knapt het gebouw op. Na de renovatie was weer goed zichtbaar waarom station Tilburg in 2014 de status kreeg van rijksmonument.

zuidelijke entree  

De zuidelijke entree was tot voor kort de enige entree. In de oorspronkelijke situatie had Van der Gaast voor de winkels volledige glazen façades gemaakt waarbij amper kozijnen zichtbaar waren. Individuele reclame-uitingen waren vrijwel afwezig en voor de functieaanduidingen werd gebruikgemaakt van een abstracte, schreefloze doosletter. Zijn kleurgebruik is genuanceerd en vormen zijn - op de kap na - terughoudend. Ook cepezed kiest voor glazen façades en balustrades, met een zo klein mogelijke bevestiging. De onderdoorgang die toegang geeft tot de perrons is duidelijk herkenbaar aan een gevelelement met verticale latten. Ruimtes kregen andere functies, maar de verdeling van ruimtes lijkt weer meer op de oorspronkelijke situatie. De afgeronde wand met onregelmatig blokmotief kreeg zijn oorspronkelijke lichte kleur terug.

stationshal  

De betekenis van de stationshal was in de loop van de tijd afgebrokkeld. Dit is door cepezed in ere hersteld, al functioneert hij nu als ontmoetingsplek en wachtruimte, met snack- en lunchkiosken in de oorspronkelijke lokettenwand. De bestaande vloer, met een speels patroon van smalle donkere banen op een witte ondergrond, bleef behouden en is waar nodig gerepareerd. Het plafond werd vervangen door een akoestisch, witmetalen plafond met micro-perforatie. De nieuwe verlichting is prettig, zacht en schijnt indirect vanuit de plafondranden. Net als in de oorspronkelijke situatie zijn er vier kroonluchters. Om de toegankelijkheid van de stationshal vanuit het busstation te verbeteren, is de westelijke entree vergroot en zichtbaarder gemaakt.

openbare passage  

De meest ingrijpende verandering, bij de renovatie van het station, is de komst van een openbare passage onder de sporen door: het station fungeert nu ook als een publieke verbinding, een functie die goed aansluit bij Van der Gaasts oorspronkelijke idee van het station als een doorgangshuis. De passage legt ook een verbinding tussen twee voorheen relatief gescheiden stadsdelen - aan de noordkant van het station lag een afgesloten fabrieksterrein. Aan de binnenstadszijde geeft de passage met enkele tredes toegang tot de stationshal. Aan de passage bevinden zich naast ticketpoortjes en de toegang tot de sporen verschillende andere functies, zoals winkels en een fietsenmaker. De maten van de puien aan de passage zijn afgestemd op Van der Gaasts 2100 millimeterstramien, net als de strakke vormgeving - Van der Gaast ontwierp volledig glazen façades waarin amper kozijnen zichtbaar waren. cepezed lette er ook op lange zichtlijnen te waarborgen, zodat je weet waar je bent en je je veilig voelt. Dat de passage aan beide uiteinden geleidelijk oploopt, waardoor hij de passage optisch ook verkort.

leon van woerkom

noordelijke entree  

De vormgeving van de nieuwe entree aan de noordzijde is een echo van de bestaande entree aan de zuidkant. Ook hier bevindt zich een gevelelement met verticale latten. Dit element krijgt meer body doordat de latjes overlopen in de balustrade van het extra perron dat hier is aangelegd. Aan de onderkant bevindt zich een eigenwijs nieuw detail: een latten-luifel. Rechte vormen en veel glas domineren, zodat de beeldbepalende stationskap optisch de hoofdrolspeler blijft. Ook de volglazen gevelwand aan de noordzijde is gebaseerd op Van der Gaasts 2100 millimeterstramien.

bestaande perrons  

Op de perrons is misschien wel het beste zichtbaar wat ‘opschonen’ vermag. cepezed keerde met eigentijds meubilair - de outillage die studio Blom & Moors ontwierp voor Prorail - terug naar de oorspronkelijke situatie. Eenvoudig vormgegeven perronmeubilair staat direct op de vloer en is niet verbonden aan muren of de steunpunten van de kap. Rond de vides bij de (rol)trappen staat een glazen balustrade. De kap, het gebouw en de perrons zijn zo weer duidelijk herkenbaar als losse elementen.

perron 4  

Perron 4 is een extra perron, dat daardoor een eigen overkapping nodig had – de grote kap van Van der Gaast reikte niet zo ver. Om de expressieve vorm van het monumentale dak goed tot zijn recht te laten komen, koos cepezed bij perron 4 juist voor strakke, rechte vormen. Het minimaliseren van obstakels op het perron biedt maximaal ruimte aan de reiziger. Alle installaties zijn netjes weggewerkt in het plafond van een kleine perronkap, die makkelijk toegankelijk is voor service en schoonmaak. Een baan glas in het dak zorgt voor extra daglichtinval. De perrons worden afgeschermd met de latstructuur van de noordgevel, met de buitenzijde van de fietsenstalling en met een balustrade met een ‘draadconstructie’.

lucas van der wee
lucas van der wee

partners

  • opdrachtgever:: Gemeente Tilburg en Prorail
  • urban design:: atelier quadrat
  • lichtontwerp:: atelier lek
  • constructies:: IMd Raadgevende interieurs, rhdhv, antea group
  • installaties & bouwfysica:: Nelissen, Antea group, rhdhv
  • hoofdaannemers:: BAM infra, Dura vermeer, besix
  • staalconstructies:: buiting staalbouw, berselaar
  • e&w-installateur:: Hoppenbouwers techniek
  • etfe-dak:: Buitink technology
  • gevels:: Scheuten, Lieftink, ZNR
contact
mail bd@cepezed.nl of 
bel ons business development team op +31 (0)15 2150000