iris van der moolen, bouwkundig ingenieur 

Iris haalde de HBO-bachelor bouwkunde met de afstudeerrichting architectuur. Deze verreikte ze met de master architectuur aan de Technische Universiteit in Delft. Beide rondde ze cum laude af. Bij haar master afstudeeronderzoek onderzocht Iris hoe ze bewoners in gentrificerende wijken met een publieke condensator kon samenbrengen. Hierin stond het ontwerp van een gemeenschappelijk gebouw voor bewoners met lage inkomens en ouderen met beperkte mogelijkheden centraal. Inclusiviteit en diversiteit waren belangrijke factoren in het vraagstuk. De oplossing vormde zich in een mediatheek die voorziet in de recreatieve en intellectuele behoeften van de verschillende generaties.

Iris is gefascineerd door adaptieve, inclusieve en hybride gebouwen. Haar analytische vermogen geeft haar een oog voor detail en een nauwkeurige houding. Dit mengt ze met een hoge interesse naar de beleving van de gebruiker en het adaptieve vermogen van een gebouw. De manier waarop architectuur kan inspelen op de behoeften van de gebruikers en de omgeving vindt ze heel belangrijk. Daarnaast is Iris altijd op zoek naar iets extra’s, een bijzondere eigenschap wat het ontwerp nog meer kwaliteit geeft.

Het feit dat deze thema’s ook bij cepezed centraal staan, spreekt Iris dan ook erg aan. Ze ziet dit terug in cepezed’s ambitie om gebouwen te ontwerpen, waarin huidige en toekomstige gebruikers graag in het gebouw werken, leren en recreëren. ‘Alle functies, gebruikers en locaties vragen om een ander type gebouw. Toch is het handschrift van cepezed altijd duidelijk af te lezen door de moderne, tijdloze en de fijn gedetailleerde uitstraling.’

Hoewel het cepezed-handschrift Iris erg aanspreekt, vindt ze OWL Laan op Zuid juist een leuk project, omdat het vernieuwend is qua organisatie en uitstraling. Door de combinatie van twee scholen en verschillende dubbelhoge ruimtes, is de complexiteit van het project groot. Vooral voor de organisatie en routing door het gebouw. ‘Hierdoor ontstaat de uitdaging om af en toe juist de eenvoud terug te brengen in het ontwerp. Van op grotere schaal tot in detail.’